maandag 24 december 2012

Mens & zingeving


Wat is geluk ...


geluk is veel
geluk is weinig
geluk is lang
geluk is kort
geluk is groot
geluk is klein

maar tocht wil iedereen
het allerliefst gewoon gelukkig zijn

 
 

Geluk is voor iedereen anders ...

Iedereen ervaar op een andere mannier geluk. Sommige mensen zijn al gelukkig met hele kleine dingen in hun leven andere mensen willen altijd maar meer.
 
--> Artikel Standaard: "Wat is geluk?"
 
Ik vond een artikel over wat voor bepaalde mensen geluk is, wat maakt hun gelukkig ...
 
 
Wat geluk betekent voor u, weten we niet. maar dit is wat het betekent voor ons.




Sofie Vandenhouwe Een perfectere locatie was er niet. De zon scheen boven de Jardin des Tuileries achter het Louvre in Parijs en ik had nog net een van die bijzonder comfortabele groene zitjes kunnen bemachtigen rond de vijver met de houten bootjes. Nog vijftig pagina’s te gaan tot de laatste zin. Het was nooit de bedoeling geweest maar uiteindelijk zou ik er zeven jaar over doen om de jawel zeven delen van ‘A la recherhe du temps perdu’ van Marcel Proust te lezen. Zinnen waarin je verdrinkt, die je kan lezen en herlezen en die blijven verwonderen. Het geluk zat die dag niet in het omslaan van die allerlaatste bladzijde maar in de wetenschap dat het moment er zat aan te komen, in de melancholie van het onvermijdelijke, vijftig pagina’s eerder.
Jan Van Hove

Geluk overvalt je. Het kan niet worden georganiseerd. Ineens is het er, en algauw is het weer weg. Voor mij is het contact met grote kunst vaak de trigger van het geluk geweest. En ik denk dat ik niet de enige ben. Nooit vergeet ik de eerste keer dat ik in het Rijksmuseum in Amsterdam ‘Het Joodse bruidje’ van Rembrandt zag. De harmonie van het afgebeelde echtpaar, het perfecte akkoord van rode, bruine en gouden tonen in dat tafereel. Mooier kon een schilderij niet zijn. Mooier kon ook een moment niet zijn.
Waarom heeft dat ene schilderij mij zo overweldigd? Waarom ben ik die enkele minuten dat ik in het museum naar dat doek met verf keek, nooit vergeten? Het valt niet echt uit te leggen. Geluk is alchemie.
Bart Sturtewagen

Op mijn iPod staat een liedje waar ik maar heel sporadisch naar luister. Vaak maanden achtereen niet. Het is nochtans mijn lievelingsnummer: Martha van Tom Waits. Ik roep het niet te vaak over me af. Ik wil de puurheid ervan bewaren. Ik weet ook dat het me, elke keer weer, tot tranen toe zal bewegen. Dat heb ik met geen ander nummer.
Het gaat over Tom Frost die zijn oude liefde, Martha, opbelt. Veertig jaar geleden gingen hun wegen uiteen. Hij beseft nu hoe dat kwam en waarom dat zijn stomme schuld was. Het enige wat er toen toe deed, was dat ik een man was, zegt hij met diepe spijt.
Waarom doet het zo’n diepe snaar trillen? Ik vraag het me al jaren af. Het beste dat ik kan bedenken is dat het over de fragiliteit van geluk gaat. Je had iets onschatbaars in je handen en het is je ontglipt. Alles wat ik had, was jij en alles wat jij had, was ik.
Het is lang geleden, maar zulke tijden kan ik me herinneren. Waaraan is het te danken dat we elkaar, in onze naïviteit en zelfoverschatting, niet domweg zijn kwijtgeraakt? Wat heeft ons voor deze peilloze, onherroepelijke pijn behoed? Ja, we hebben daar elk het onze voor gedaan. Maar de rest was, ongetwijfeld, geluk. Dat denk ik. Telkens weer, tot het laatste vers: I remember quiet evenings, trembling close to you.

Dorien Knockaert

Geluk is een ui uit de kelder halen en weten dat er geen weg terug is.
De ui zal naar een schone snijplank en een scherp mes moeten. Naar een zware afgeleefde pan en hete olijfolie. Ze zal mijn vingers naar de zoutpot leiden en mijn blik door de koelkast laten dwalen: wat doen we vandaag allemaal bij de ui? Ze zal mijn neus naar de kookdampen trekken en mijn gedachten laten glijden over al die andere keren dat ik begon met een ui.
Misschien is het de tijd die de ui afdwingt, de rustige concentratie. Misschien zijn het de goede zorgen: de boer die de ui plantte, mijn ouders die me een ui leerden stoven, en ik die dat allemaal kan verderzetten voor iemand die straks met mij wil eten.
Misschien is het het samenvallen van elke vezel in mijn lijf en mijn leven: mijn handen, mijn hoofd, mijn zintuigen, het huis, het seizoen, de liefde, het land.
Bart Van Belle

Geluk is een vreemd beestje. Het overvalt je vaak op de vreemdste momenten. Totaal onverwacht. Een prachtig uitzicht. Een moment waarop alle puzzelstukjes netjes in mekaar lijken te schuiven. Een telefoontje. Een sms of een mailtje. En er is geluk en geluk. Geluk hebben en gelukkig zijn. Beide komen even onverwacht. Vaak innig verstrengeld. Maar soms ook niet. Drie jaar geleden ontsnapte mijn jongste dochter aan de messen van Kim De Gelder. Na een helse autorit vol onzekerheid, kon ik haar ongedeerd in mijn armen nemen. Gelukkig maar. Geluk gehad, maar gelukkig zijn was er op dat moment niet bij. Want tien meter verder stonden vaders en moeders die minder geluk hadden gehad.
Els Groessens

Noorwegen, augustus 2011. Ik zit op een rotsblok en kijk naar de gletsjer voor mij. Er schijnt een flauw zonnetje, het water aan mijn voeten maakt klotsende geluiden, de wind strijkt door mijn haren. Plots voel ik me verbonden met alles om me heen. Even lijkt het alsof de tijd stilstaat. Ik voel me intens gelukkig.
Zou het niet prachtig zijn om dat gevoel altijd mee te dragen? Geen pijn, geen lijden, alleen dat vredige gevoel.
In de loop van de daaropvolgende maanden is het me gaan dagen dat dat gevoel nooit ver weg is. Het is er altijd, dicht bij mij. Het is er hier en nu. Ik hoef me er alleen maar voor open te stellen. Het is tot me doorgedrongen dat geluk niet afhangt van uiterlijke omstandigheden of van andere mensen. Het gaat erom mee te bewegen met de stroom van het leven, zich niet te verzetten. Het gaat om acceptatie, om rust in je hoofd. Het gaat om bewust zijn.
Bart Dobbelaere

Het was een hoekschop. Niet meteen goed gegeven, want echt hoogte nam de bal niet. Maar kijk, door een bos van benen koos de bal uiteindelijk mijn scheenbeen. Pats erin.
1-0. De enige goal van belang die ik ooit gescoord hebt. Een gelukje, ik ga daar niet flauw over doen. Maar wow, wat een zalig gevoel. Het was geen Champions League Finale, dus de ploegmaats gingen niet echt op mij liggen.
Maar schouderklopjes, dat wel. De duim omhoog. Zelfs die van onze libero die nochtans vond dat ik beter rendeerde op de bank.
Soms vragen mensen met een micro achteraf aan een speler wat er door hem heen ging toen hij scoorde. En soms heb je voetballers die het vergelijken met een orgasme. Maar dat klopt niet. Als je maar één keer in je leven een echt belangrijk doelpunt scoort is het meer dan dat (al hangt het misschien ook af van die andere frequentie).
Het doet er niet toe. Het gaat erom dat de bal door een bos van benen jouw scheen uitkiest. Het gaat erom dat we een beetje geluk moeten hebben om gelukkig te zijn.
Het echte geluk komt onverwacht. Als je geluk hebt.
Joël De Ceulaer

‘De Vlaamse denker Hugo Matthysen liet ooit opmerken dat mensen qua zielenroerselen niet meer van mekaar verschillen dan qua spijsvertering. Hij heeft natuurlijk gelijk. Wie kinderen heeft, zal mij dus volledig begrijpen als ik zeg dat Gelukkig Zijn een klus is die ik sinds haar geboorte, drie en half jaar geleden, grotendeels heb gedelegeerd aan mijn dochter: als zij het is, dan ik ook. Wie ooit in een bui van enthousiasme van werkgever is veranderd, zal mij wellicht ook begrijpen als ik hier vermeld hoe aangenaam het kan zijn om een nieuw hoofstuk in je loopbaan aan te snijden. Ik vond 'De Standaard' allang de beste krant. Sinds eind vorig jaar kan ik zeggen: ik vind dat niet omdat ik er werk, ik werk er omdat ik dat vind. Alleen die melige stukjes over geluk zijn er soms te veel aan.’
Frans Vandeputte

Geluk is: zo wijs worden — en elk jaartje extra helpt daarbij — dat je beseft dat het Grote Geluk niet bestaat. En dus ook niet kan worden nagejaagd, laat staan kan worden vastgeklampt. Geluk schrijf je met een kleine letter (behalve bij het begin van een zin), omdat het ook in kleine dingen steekt. Het zijn nu-momentjes, die zomaar op je bord vallen. Je moet ze gewoon (leren) degusteren. Een selectie uit een gelukkige dag.
Zij die voor een vroege klant vroeger moet opstaan, wij die mogen nasoezen in bed, op haar nog warme plekje. De weegschaal die onverwacht een half kilootje minder aangeeft. Sms’je van de dochter: dank je wel, papsie, voor het komen herstellen van mijn kotfiets. Schaterlachen om de poes die blíjft uitglijden op de bevroren vijver.
De autoradio starten net als ‘Perfect Day’ van Lou Reed gedraaid wordt, en voelen dat dat er, met het zonnetje op het gezicht en niks file, al aardig op begint te lijken. De binnensmondse ‘yes!’ op het werk, bij het vinden van de juiste kop voor het artikel van een collega. In een avondwedstrijdje zaalvoetbal als ‘oude’ papa de zoon kunnen dribbelen. Plaagstootjes heen-en-weer met de maten tijdens de ‘après-sjot’. En dan terug naar haar, en haar warme plekje.

Griet Plets

Vroeger was geluk zoals het alleen in Disney-films nog kan zijn. Zoet zonder zuur, spannend maar nog niet gevaarlijk, vrank en vrij maar nog niet verslavend. Dat weeë, prettig kriebelende gevoel dat me plots kon overvallen. ’s Avonds in bed, als ik voor mijn zus verhalen verzon. In de living voor de tv, met Karolientje en haar bootje. Op vakantie aan zee: mijn vader die garnalen pelde, mijn moeder die het zand van onze kinderlijfjes wreef.
Ik probeer het soms nog eens op te roepen – voorlopig vergeefs. Niet dat ik ongelukkig ben, maar minder voluit in het geluk: dat wel. Al was het maar omdat ik nu een besef van tijd en ruimte heb. Omdat ik geen onbeschreven blad meer ben, maar een mens met al wat krassen op zijn ziel. Omdat ik zoveel meer dan vroeger te verliezen heb.
En ja, het zal wel waar zijn wat ze zeggen: dat het net daarom nog mooier is. Dat geluk maar kan bestaan bij gratie van die andere kant, verdriet. Maar daar heb ik even lak aan. Ik wil het best nog wel eens voelen: dat onverhoedse, volstrekt volmaakte, mierzoete kindergeluk.
Ine Roox

Omdat mijn moeder als kind vaak moest verhuizen, werden haar pianolessen net zo vaak onderbroken. Daarom zou ze mij, haar jongste dochter, later laten beloven om pianoles te volgen todat ik tenminste ‘Für Elise’ van Beethoven kon spelen. Zelf droomde ik van een saxofoon – maar die kreeg ik niet, omdat mijn ouders voor mijn oudere zus al een piano in huis hadden gehaald.
Het werd dus piano, en ik mocht na ‘Für Elise’ stoppen. Maar toen ik zover was, peinsde ik er zelfs niet over. Elke ochtend piano, en telkens opnieuw na school: ik herinner het mij als momenten van puur geluk. Net als die lange zaterdagnamiddagen die voorbij vlogen, spelend op de vleugelpiano in de muziekacademie van ons dorp.
Ik ben onlangs zelf verhuisd, en mijn oude, kleine piano verhuisde mee. ‘Zou je hem niet eens eindelijk inruilen voor een groter exemplaar?’ vroeg de pianostemmer. Ik denk er nog niet aan. Aan zijn toetsen kleven 25 jaar herinneringen.
Eldrid Deleu

Geen kind, geen eigen huis en niet getrouwd. Jong en onervaren, dus volgens oudere generaties nog helemaal onwetend over wat geluk is. Maar misschien ook niet, want ook zonder de heilige drievuldigheid huisje, tuintje, boompje is geluk niet onbereikbaar. Geluk is een moment waarop niets je ongelukkig maakt. Een aaneenschakeling van allemaal kleine gelukjes bij elkaar.
Op een lege trein zitten in de zon. Een briefje van 20 euro ontdekken onderin de portemonnee. Net dat laatste jurkje in je maat kunnen bemachtigen, en dan liefst nog tijdens de solden. Dat uitgeputte gevoel na enkele rondjes in het zwembad. Kleine gelukjes, die alles doen lukken.
Onverwachts een zee van tijd hebben, en daar dan niets mee doen. Thuiskomen van een avondje op café met vriendinnen, met kaken die pijn doen van het lachen. Gevangen zitten in een erg goed boek, om dan te treuren als het uit is. Maar nog het meest van al een knuffel van je lief in bed, net voor je helemaal wakker wordt, en de dag weer moet beginnen.
Marc Reynebeau

Het staat in de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring: dat het mensen te doen is om ‘the pursuit of happiness’. Maar het grote geluk wordt snel te algemeen, cliché, banaal, kitscherig, ongrijpbaar, zelfs wat onaantrekkelijk. Het maakt ons gek. Wie het nastreeft, maakt zich ongelukkig. Misschien ligt het echte, tastbare geluk in het kleine, het particuliere, geluk dat je niet zoekt maar dat je overkomt, geluk op maat. Zoals toen ik in uitgerekend Zimbabwe een boek kon kopen waar ik al vele jaren naar op zoek was. Of die winterochtend in een koffiehuis aan de dijk in Oostende, die voorbijging met koffie, croissants, sigaretten en kranten. Ik ging daar zo in op, dat de tijd van mij afgleed. Toen het voorbij was, mengde spijt zich met dankbaarheid. Geluk is wat achteraf blijkt, als er een warm verhaal van overblijft, zonder dat het verlangen is gesmoord. Weten dat het kan altijd kan terugkeren, is een groot geluk.
Karel Verhoeven

Lichtheid is een onderschatte deugd. Veel plezier ben ik gaan beleven toen ik lichtheid ook letterlijk begon te nemen. Letterlijk zoals in: lichtheid van tred. Ik trek bijvoorbeeld graag ’s zomers de natuur in. Zo wild mogelijk, zo lang mogelijk weg. Niet dat ik wat heb tegen andere mensen, integendeel, maar af en toe wil ik alleen landschap. Mij doe je dan geen plezier met gidsen, groepen, hutten, en zelfs niet meer met paden. Laat mij maar gewoon dolen.
Jarenlang sleurde ik een half huis mee op mijn rug. Ik was op alles voorzien, plus reservestukken, genoeg eten om nooit honger te lijden, twee matjes, extra batterijen. Zo rond mijn drieëndertigste, die cruciale leeftijd, heb ik geleerd dat het altijd lichter kan. In de plaats van 30 kilo draag ik tegenwoordig 15 kilo mee.
Maar niet alleen daarom loop ik helemaal anders rond. Het streven dat het lichter kan, bevrijdt van bezorgdheid om zwaarte. Al die dingen waarvan je denkt dat ze je comfort geven, bijvoorbeeld. Je hebt dat niet nodig. Ik lijd nu niet meer ontbering, wel integendeel. Het wordt gewoon allemaal veel simpeler en directer. Je wordt nat en droogt weer op. Die simpele omgang met de wereld is intens. Ik wist niet dat er een stoicijn in mij schuilt.
Karsten Lemmens

Sinds enkele maanden staat er naast de E314 een flink windmolenpark. De reuzen hebben postgevat nabij Diest, exact op de grens tussen Limburg en Vlaams-Brabant. Om te voorkomen dat een verstrooide hobbypiloot er op een donkerblauwe maandag tegenaan knalt, hebben ze er ook maar lampjes opgezet. Rode, flikkerende lampjes, die herinneringen oproepen aan de eightieskerstbomen van vroeger, toen het nog mocht knallen.
Wanneer het donker is geworden, lijken ze meer te willen dan knallen alleen. Al vanop de helling van Tielt-Winge flikkeren ze mij tegemoet. Daarzo, achter die rode puntjes, daar is Limburg, vertellen ze in hun simpele morse. Mijn bronsgroen eikenhout. En elke dag merk ik dat ik glimlach, wanneer ik door die wuivende erehaag rijd.
Als het aan groene jongens ligt, staan er binnenkort overal windmolens. Sta me toe naar hen een alleszeggende vuist te ballen. Immers, als mijn dagelijkse route van begin tot eind door een zee van rode lampjes wordt overspoeld, dan verwatert die poort naar thuis. Laat ons dus maar stoppen met al die investeringen in windenergie. En koesteren wat we nu hebben.

Henk Tack

In een klein hoekje zei u? Nee, wereldwijd is het geluk te vinden. Op het internet nog wel. Vrienden aan andere kant van de wereld die u niet uit het oog wil verliezen? Facebook! Een zeldzame lp die ontbreekt in uw verzameling? Ebay! Een onnozel videoclipje van mensen die zich onsterfelijk belachelijk maken? Youtube! Het antwoord op vragen zoals hoe een regenboog onstaat? Wikipedia! een boek dat alleen aan de ander kant van de wereld te krijgen is? Amazon! ’s Nachts zin om te scrabbelen? Wordfeud!
En dat allemaal 24 uur per dag, 7 dagen per week. Niet dat ik ongelukkig was voor het internet er was, maar telkens als ik mijn computer, iPad of smartphone bekijk, kus ik mijn beide handen dat het kan. Al die weelde aan mijn vingertoppen ik kan het nog altijd niet geloven. Ooit ben ik begonnen om mijn eigen bijdrage te leveren met een bescheiden website. Dat je blijkbaar ook daarmee mensen weer gelukkig mee maakt, of op zijn minst blij, vergroot het eigen geluk.
Daarbij komt nog de rust die neerdaalt als je een paar dagen offline gaat. Weer een gelukzalig moment. Het houdt gewoon niet op, daar op het internet.

Ingeborg Deleye

Ik kan dagelijks instant gelukkig worden van gerommel op straat, van het gevoel dat álles nog diezelfde dag mogelijk is of van de ontdekking van een welluidende straatnaam. De stad. Ik gok op toekomstig geluk wanneer een stad als New York voor mij opdoemt, nu of binnenkort. Of Tokio, of Moskou, of Brasilia: mijn verlanglijst is ellenlang.
Omdat ik hou van een stedelijk geroezemoes, het kluwen van anonieme mensen, de open geesten en de onmetelijke vrijheid waarvoor ‘de stad’ synoniem staat. Ik woon er graag en mijn droomreizen stem ik dan ook graag op de ontdekking van een nieuwe, heerlijk druk geürbaniseerde omgeving af. Ik zoek en vind op aangenaam regelmatige basis het geluk in de stad. Het platteland bewaar ik graag voor als ik ‘groot’ ben.
Wouter Van Driessche

‘Geluk is het verlangen naar herhaling.’ Dat heb ik zelf niet bedacht, dat schrijft Milan Kundera in De Ondraaglijke Lichtheid van het Bestaan. Dát is dus geluk voor mij. Zo’n zin. Zo’n inzicht. Hele bibliotheken zijn er over geluk geschreven. En dan slaat iemand met zes woorden – twee eigenlijk: verlangen, herhaling – de nagel op de kop. Simpel. Waar. Glashelder. Maar allerminst absoluut. Ruimte genoeg om zelf nog na te denken.
Inzicht, dus. Chaos die betekenis krijgt. Puzzelstukjes die in elkaar vallen. Daar word ik gelukkig van. De linkerhersenhelft – de logica – die even in vervoering geraakt. De rede die kippenvel krijgt. De ratio die jubelt. Verlichting die betovert. Heerlijk.
Rogier Verschueren
Slingers opgehangen, ballonnen opgeblazen, chips op tafel. Wanneer komen de eerste gasten?
Het eerste geluksmoment dat ik me herinner, is de spanning net voor de start van een verjaardagsfeestje. Het (ver)wachten deed me meer dan de viering zelf.
Sindsdien volgden er nog kleine en grote momenten waarbij geluk bijna tastbaar werd. Iemand graag zien en graag gezien worden, een vooraf onmogelijk lijkende uitdaging overwinnen, maar evengoed: mijn mp3-speler die een bepaald nummer koos op exact het juiste moment, het voldane gevoel in de douche na het sporten of de gezelligheid onder vrienden bij een frisse pint op een warme zomeravond.
Pessimisten wijzen erop dat niemand altijd gelukkig kan zijn, dat het een kwestie van momentopnames is. Gelukkig maar, denk ik dan, anders is er ook niets meer aan.
Filip Van Ongevalle

‘Je hebt geluk gehad’, wordt wel eens gezegd. En dan bedoelen de mensen: daar ben je even mooi aan een onheil ontsnapt. Op 18 augustus 2011 bijvoorbeeld, toen ik op de weide van Pukkelpop nattigheid voelde. ‘Snel een regenjas halen’, dacht ik. Toen ik bij mijn wagen aankwam, regende het al feller, maar ik keerde toch terug. ‘Voor de gezelligheid.’ En gezellig werd het.
De lucht kleurde donker als de nacht, de wind blies harder dan ik ooit in een rampenfilm had gezien en de hagelstenen voelden aan alsof het rubberkogels waren. De wind joeg me vooruit naar een tent op de verste uithoek van het terrein. Ze kraakte in haar voegen, spiegelbollen zwiepten wild heen en weer. Er troepte zoveel volk samen, dat ik niet meer kon bewegen.
Toen mijn brilglazen aandampten, kon ik zelfs niet meer zien. Maar geluk zit in een klein hoekje, en dat was het hoekje waar ik stond. Nauwelijks tien meter verder werd een koppeltje verpletterd onder een balk die in twee brak. Er vielen uiteindelijk vier doden, tientallen anderen raakten gewond. En ik? Ik probeerde met zo weinig mogelijk modder aan mijn schoenen in mijn wagen te stappen. Ik had geluk gehad.

Robin De Clercq
Met z’n tweeën in een veel te kleine keuken. Elkaar voor de voeten lopen en mopperen als de ander je ook maar de minste duw geeft. ‘Niet vergeten roeren’, vraagt ze. ‘Zal ik doen’, maar je vergeet het toch. Gevloek. Een brandgeurtje. De saus die uit de pan begint te pruttelen.
Je maakt je uit de voeten. ‘Ik zal ze maar laten doen, ze weet waar ze mee bezig is.’ Dan maar de tafel dekken. ‘Kom je dit nog even afgieten?’ Meer dan de helft naast het vergiet. Opnieuw gevloek. De keuken uit voor die lepel me raakt.
Kaarsjes op tafel. De kerstverlichting nog een laatste keer aan. De tafel gedekt, de glazen halfvol. Hopen dat het genoeg is om de ergernis te doen vergeten. En daar is ze dan, met een lach, en met het eten. Een gelaten zuchtje. Gezegend weze dat engelengeduld van haar.
Nog een lach. De allendaagse frustraties die er ineens niks meer toe doen. Oogcontact.
‘Smakelijk, schat.’ Verliefd zijn. Gelukkig zijn.

Lies Lecomte

Geluk, dat is het verleden. Dat is terugdenken aan die keer dat ik van een lege piste afgleed, geen mens in zicht, verse sneeuw onder de latten en alleen het geknars van een oude skilift op de achtergrond. Dat is nagenieten van de avond met vrienden die ik na jaren onverwacht terugzag, en waarin het voelde alsof we maar acht dagen uit elkaar waren geweest en niet acht jaar. Dat is de herinnering aan die keer aan dat meer, op een hete dag in een ver land, waarin we veel zeiden met weinig woorden.
Was ik toen gelukkig? Achteraf gezien wel, misschien. Maar op het moment zelf, toen stond ik daar niet bij stil. Toen was ik te druk bezig met genieten van het moment. Gelukkig maar.
Jorn Van Thillo
Het was een druilerige herfstdag. Of zo herinner ik mij die dag van de loopwedstrijd toch. In een trainingspak en sportschoenen met handige plakkers stond ik gespannen aan de meet. Mijn tactiek als 8-jarige: sneller lopen dan de anderen. Zo kon het niet misgaan. Even later kwam ik als eerste over de streep. Lichtjes buiten adem, dat wel. Maar die trofee was voor mij. Het had weinig met geluk te maken. Maar toch, zelden heb ik zo geglunderd als toen.

Wim Lecluyse

Uiteraard waren we blij naar een mooier en groter huis te trekken. Maar het verhuisproces zelf was geen prettig vooruitzicht. De goed gevulde bananendozen konden we zelf ter plaatse brengen. Maar om de piano op de eerste verdieping van de nieuwe woning te krijgen hadden we toch een verhuislift nodig.
Het moment dat je een gevaarte van een paar honderd kilo door een raam naar binnen moet trekken, is het toch even slikken. Zelfs al zijn er nog zes anderen die mee heffen, sleuren en duwen. Het moment dat je er in slaagt de piano ongedeerd in de juiste hoek van de kamer neer te zetten, weet je dat het vanaf dan kinderspel wordt.

Jan Temmerman
Een festival organiseren? Waarom doet een mens dat eigenlijk? Maanden op voorhand er aan beginnen. Bands boeken, bestellingen doen en nachtelijke vergaderingen waar ego’s het elkaar moeilijk maken. Je vriendin vraagt zich terecht af waar de aandacht blijft voor haar persoon. Een maand voor het festival begin je te bezuinigen op slaap, de laatste gaten moeten dichtgereden worden, de wederzijdse frustratie met je medeorganisatoren bereikt stilaan een kookpunt.
De dag dat het festival aanbreekt, zit je er al volledig door. Slaap, wat is dat? De eerste bands zeggen af. Op het podium loopt van alles mis. Er zit een band vast in Zaventem. Telefoon: de facturen van de brouwer kloppen niet. Weer telefoon: die van de podiumleverancier kloppen nog minder. Lopen, stress, frustratie. Tot de laatste minuut. Juist wanneer je zegt ‘nooit meer’, zie je de laatste festivalbezoeker met een brede glimlach afdruipen. Juist, daarom doe ik dit weer. En ik ben er perfect gelukkig mee.

http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DMF20120113_124

Mijn mening hierover:

 
Na het lezen van dit artikel ben ik tot het besluit gekomen dat geluk voor iedereen anders is. Iedereen haal geluk uit iets ander. Bijvoorbeeld hier zien we dat Sofie gelukkig wordt bij het lezen in haar boek en Jan wordt dan weer gelukkig bij het zien van kunst. Hij stelde ook verschillende levensvragen hierbij. Ik vindt het mooi hoe bij zo gaat nadenken over wat geluk is voor hem. Voor Bart is geluk dan weer iets heel kleins, namelijk het beluisteren van zijn lievelingsliedje. Ik vind het wel aangrijpend want het lied gaat over fragiliteit in geluk en Bart kan zichzelf daar in herkennen. Voor Dorien bijvoorbeeld zit geluk gewoon in het dagdagelijkse leven, namelijk een ui die ze uithaalt en wast en kookt ... Het komt volgens haar misschien door de goede zorgen van haar ouders die haar de ui leerden koken. Ik vind het eigenlijk wel mooi hoe zei geluk haalt uit toch wel iets heel gewoons. Een laatste voorbeeld uit het artikel die ik nog even wil aanhalen is het geluk van  Jan Temmermans. Voor hem is geluk eigenlijk andere mensen gelukkig maken met het organiseren van zijn festivals. Ik vind het heel mooi hoe hij dit allemaal wil doen voor andere mensen. Hij ziet er tijdens het organiseren enorm van af, slaapt weinig, heeft voor niks anders nog tijd, maar zo mooi hoe gewoon een glimlach van een persoon op het festival hem zoveel geluk heeft. De anderen in het artikel vertellen ook heel mooi wat voor hun geluk is. Ik vond bij iedereen wel iets die me boeide en waar ik respect voor heb.

--> Filmpje: Wat is geluk voor mensen uit verschillende landen:

In het filmpje zie je mensen uit allemaal verschillende landen die vertellen wat geluk voor hun is. Je merkt hier ook weer veel verschil, de ene is geluk met iets heel kleins en bij de ander gaat het eerder over iets groots.

Filmpje: http://vimeo.com/18263144

 


Geluk voor mij ...


 
Een goede band hebben met mijn familie, samen kerst en Nieuwjaar en alle andere belangrijke feestdagen vieren.
 
Vooral ook een goede band met mij gezin. Weten dat zij er altijd voor me zijn zowel in goede als in slechte tijden.
 
Plezier beleven met mijn vrienden. Samen gaan winkelen met een vriendin en terwijl gezellig bijpraten op een terrasje. Eens een goed feestje gaan bouwen met vrienden. Gewoon gezellig thuis een avondje met vrienden, wat bijpraten en een filmpje kijken.
 
In een kleuterklas kunnen staan, kinderen iets kunnen bijleren maar vooral kinderen elke dag opnieuw een dag te laten beleven die ze nooit zullen vergeten. Als ik dan kinderen zie lachen en plezier maken dat maakte me echt gelukkig .. Ook kinderen die je zo heel spontaan een knuffel geven dat is toch echt wel geluk. Bijvoorbeeld op mijn stage gaven er plots tien kinderen mij een knuffel het voelde zo goed! Op stage alleen nog maar horen hoe de kinderen je heel spontaan 'Juf Patsy' noemen  zo mooi, daar werd ik pas helemaal gelukkig van.
 
Een goede gezondheid hebben. Gezond zijn is voor mij het allerbelangrijkste want er zijn veel mensen die het soms minder hebben. Als je gezond bent mag je al gelukkig zijn de dag van vandaag vind ik.
 
Ik heb het geluk dat ik in een huis kan wonen en er alle faciliteiten heb die nodig zijn. Er zijn in de samenleving steeds meer mensen die op straat moeten leven.
 
De kansen krijgen om verder te studeren. Om te kunnen worden wat ik graag wil worden. Er zijn veel mensen die daar gewoon geen kans toe hebben omwille van een tekort aan geld.
 
Ik heb geluk dat mijn ouders zo goed voor me zorgen en er voor zorgen dat ik voldoende kan ontspannen en alles heb wat ik nodig heb. Er zijn veel kinderen die het veel minder hebben.
 
 
 
 
 
 

 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten